Eindtijd en apocalyps zijn – ook in Hollywood – schrikaanjagende termen. Het vergaan van de menselijke beschaving, de planeet of zelfs het zonnestelsel zijn populaire onderwerpen in de moderne amusementsindustrie. En natuurlijk in de “social media”. Maar apocalyps is niets anders dan de naam voor het bijbelboek Openbaring, dat eigenlijk voluit heet: “De openbaring van Jezus Christus” (Op.1:1). De apocalyps is daarom niets anders dan de openbaring, de verschijning, de komst van Jezus Christus in heerlijkheid, om dat sinds Adam beloofde koninkrijk hier op aarde te vestigen en daarmee de troon van David in Jeruzalem te herstellen. Dat is niet het vergaan van de wereld.
Maar terwijl de Bijbel deze dingen vanaf de eerste bladzijden aankondigt, wordt de komst van koning Jezus op de troon van David binnen het christendom officieel als dwaling aangeduid. En wie deze dingen gelooft wordt geacht te behoren tot een sekte. Christus’ oordeel over de volkeren bij Zijn wederkomst wordt daardoor verward met het oordeel van de zogenoemde jongste dag en het vergaan van de wereld. Kortom, binnen het christendom is officieel geen plaats voor begrippen als opname (verzameling) van de Gemeente, verzameling van Israël (zowel de 2 als de 10 stammen), of herstel in een herbouwd Jeruzalem van de troon van David. Men kent alleen nog De Jongste Dag, d.w.z. het vergaan van de wereld. En daarmee wordt dan toch wel een bijster groot deel van de Bijbelse Boodschap genegeerd.
Want “God, de Heere, zal Hem de troon van Zijn vader David geven.” (Luk.2:32; 2Sam.7:12).
Daartoe leidt “De tijd van het einde” en de apocalyps.